Voor het AVL kwam een vrouw met krukken me tegemoet.
'Dat is stoer! Alsof je op wintersport bent.'
Ik loop met m'n wandelstokken omdat krukken teveel pijn in mijn armen opleverde, en raadde de vrouw hetzelfde aan. Daar moest ze niks van weten. Ze liep zo weinig met die krukken, dat dat niet nodig was. Gelegenheidsinvalide, dacht ik vilein, terwijl ik verlangend naar haar staat van zijn keek.