Eerst maar eens foerageren. Supermarkten in het buitenland vind ik het leukste wat er is. De Zweden gaan er blijkbaar vanuit dat vreemdelingen hun producten niet willen kopen, nergens een begrijpelijke tekst te vinden. Ik was benieuwd wat ik allemaal had ingeslagen.
In de lege keuken installeerde ik, natuurlijk eerst verkeerd, al mijn spullen op het plankje waar nr 11 stond. Nadat ik alles had weggeborgen, ontdekte ik in de andere keuken genummerde mandjes. Dus haalde ik de crackers, muesli, enz. weer uit de ijskast, toch enigszins opgelucht dat ik die middag geen ijskoude zoutstengels bij mijn (brave) glas Spa hoefde te eten.
Daarna ging ik wandelen. Ik bleef binnen de oude stadsmuur (13e eeuw, hanzestad), dronk koffie, had het erg met alles getroffen en ging aan het werk.
Pas laat in de middag trof ik een levend persoon in de keuken. Een Noorse schrijfster van korte verhalen. Zij vertelde dat er toch wel meer schrijvers aanwezig zijn, maar dat iedereen erg gefocust is. En dat het voorgekomen was dat op de dag van vertrek twee schrijvers elkaar hadden ontmoet, na een verblijf van twee weken.
Ik was met terugwerkende kracht blij met mijn beslissing geen fles whisky mee te nemen.
De Noorse vertelde dat ze samen met een Russische vertaalster van het vliegveld werd opgehaald. Zij had om zich heen gekeken, en pats, daar spotte ze de Russische. Het kon niet anders. En ze had gelijk, want degene die hen kwam halen, liep straal langs haar heen, recht op de Russische af. De Noorse moest zichzelf gaan voorstellen.
Gedurende de middag en avond ontmoette ik nog twee andere schrijfsters, maar de Russische bleef verborgen.
Na het eten zat ik met de Noorse bij de haard te lezen. Uit de keuken kwam gekletter van pannen en nog meer onbestemde, maar zeer harde geluiden. Ik hoef de Russische Vertaalster niet eens te zien om te weten dat zij het is.