Zodra je Skagaströnd de rug toekeert, loop je tussen de uitgestrekte vlakten met in de verte zicht op een bergketen. Het leek op een scene uit Bagdad Café.
Ik zag in de verte een miniatuurautootje rijden. Wit in de verblindende sneeuw. De enige auto in de wijde omtrek. Dat autootje sloeg inderdaad linksaf om de kaarsrechte weg die naar het dorp voert te volgen. Midden op die weg hield hij stil en vielen wij elkaar lachend in de armen. Het was weer eens gelukt. W had me weer gevonden in een of ander godvergeten verlaten oord in een uithoek van de wereld.