Vandaag togen we in ons beste pak naar de ambtswoning van de burgemeester. We werden ontvangen alsof we oude vrienden waren. Dat vond ik een prestatie. Geen moment kreeg een van ons het idee dat het werk voor de ander was.
De man die ons ontving verzekerde ons dat niet iedereen zomaar toegelaten werd in de ambtswoning. Onze ruggengraten strekten zich wat verder omhoog.
We mochten rondkijken, kregen uitgebreide uitleg over het pand en de geschiedenis, lekkere drankjes en taartjes en wachtten even op de loco-burgemeester.
Schimmelpennink was nog niet bijgekomen van het feit dat hij het middelpunt zou zijn - hij wist van niks - en tijdens de speech veegde hij herhaaldelijk met de mouw van zijn t-shirt over zijn gezicht. De genodigden vermoedden tranen. Schimmelpennink opteerde voor blue collar perspiration.
We dwarrelden nog een tijdje over de roze verdieping en daalden toen af naar de hardcore afterparty.