Om kwart voor vier kwam de foto binnen. Hij was er klaar voor. Dat bleek ook wel. Tafellinnen, servetten mooi gevouwen, glazen, rijen bestek, kandelaren. A besloot onmiddellijk haar galajurk aan te doen, S zijn nette broek.
Dit zijn prachtige avonden die helaas maar eens per jaar voorkomen. Het in een andere wereld stappen, één waar alle details kloppen, er achter elkaar drie flessen roze bubbels worden opengetrokken, er eten geserveerd wordt waar menig restaurant jaloers op zou zijn. S en ik liepen er op een strak geregisseerd tijdstip heen. S wist dat als we om zeven uur werden uitgenodigd we geen minuut later moesten aanbellen. Via de intercom kregen we instructies. We mochten in de lift niets doen, we werden door hem naar boven gezogen. Toch hadden we in de lift even kort overleg. Niets doen? Het werkte. De lift kwam uit in het appartement, en C stond daar als een James Bond op ons te wachten. We kregen een rondleiding. Toen we zaten belde A aan. Een lastig moment. Waarom A niet gewoon met ons mee was gekomen? Nu moest de hele uitleg van lift, het naar boven zuigen opnieuw met het risico op een geheel verkeerde afwikkeling... Met I ging ik naar een literaire avond op de Oude Schans. Het was bij een kunstenaar thuis. Hij zat achter zijn keukentafel, terwijl een meute twintigers een plek probeerden te veroveren. I ging wijn bestellen en kwam terug met spa rood.
'Ze hebben alleen maar spa en bier.' Ze keek naar mijn gezicht. 'Ja, en als wij dat gek vinden, dat ze alleen maar spa en bier hebben, dan zijn wij te oud voor dit soort dingen.' Voordat de les begon zei een jongetje (9) tegen mij: 'Ik ga je he-le-maal KAPOT maken!'
Ik zei vrolijk dat ik daar dan wel benieuwd naar was. Even probeerde ik nog mijn kunstprogramma af te draaien. Men had mij niet van tevoren gewaarschuwd dat het speciaal onderwijs was. Had ik eigenlijk best even willen weten. Een driftbui van een meisje (10) die haar tafel omver smeet, alle apparatuur van een bureau veegde, drie docenten die onmiddellijk in mijn klas stonden, en een uitbrander tegen mij van een onderwijsassistent verder, was het pauze. Diverse leerkrachten vroegen of ik nog leefde. Dat deed ik. Ik houd namelijk van dit soort kinderen. Hun houding, het niet luisteren, de brutaliteit, het ongeremde, de onwil om iets te doen. En mijn euforie als ik het dan toch iets bereik met zo'n kind. Al is het nog zo weinig. Na de pauze volgde ik de tip van een leerkracht op. Op één plek zitten, dictator spelen. Het werkte. Ze hadden niet zo'n transformatie van mij ingeschat. Ik denk dat ik dan ook wel heel eng ben. Aan het einde van de dag zat ik naast het meisje van de driftbui. Ze vroeg me hoe vaak ik op deze school was geweest. 'Dit is de eerste keer.' 'Aaah,' kneepje in mijn onderarm, 'dat gééft toch helemaal niets?!' Toen boog ze naar me toe: 'Vind je het nog een beetje spannend?' |
Blog t/m sept 2016 |