Ik zei vrolijk dat ik daar dan wel benieuwd naar was.
Even probeerde ik nog mijn kunstprogramma af te draaien. Men had mij niet van tevoren gewaarschuwd dat het speciaal onderwijs was. Had ik eigenlijk best even willen weten.
Een driftbui van een meisje (10) die haar tafel omver smeet, alle apparatuur van een bureau veegde, drie docenten die onmiddellijk in mijn klas stonden, en een uitbrander tegen mij van een onderwijsassistent verder, was het pauze.
Diverse leerkrachten vroegen of ik nog leefde. Dat deed ik. Ik houd namelijk van dit soort kinderen. Hun houding, het niet luisteren, de brutaliteit, het ongeremde, de onwil om iets te doen. En mijn euforie als ik het dan toch iets bereik met zo'n kind. Al is het nog zo weinig.
Na de pauze volgde ik de tip van een leerkracht op. Op één plek zitten, dictator spelen.
Het werkte. Ze hadden niet zo'n transformatie van mij ingeschat. Ik denk dat ik dan ook wel heel eng ben.
Aan het einde van de dag zat ik naast het meisje van de driftbui. Ze vroeg me hoe vaak ik op deze school was geweest.
'Dit is de eerste keer.'
'Aaah,' kneepje in mijn onderarm, 'dat gééft toch helemaal niets?!'
Toen boog ze naar me toe: 'Vind je het nog een beetje spannend?'