Toen ik net op mijn boot woonde, maakte ik elke dag een wandeling van een uur, elke keer een andere actieradius, geweldig om te doen, zo leer je alle achterafstraatjes kennen.
Dus het werd lastig. Maar ik telde straten waar ik lang niet was geweest ook mee. Dat betekende dit keer de hele Plantage Muidergracht afrijden, en niet rechtsaf slaan naar het Sarphatihuis. De Muidergracht doe ik soms met de kajak, maar de straat geeft een heel ander beeld. Nu met de stilte - die in de lucht hangt, die op straat heerst - helemaal. Wat een wonderbaarlijk mooie stad hebben we toch. Doordat ik niet op voetgangers, auto's, fietsers hoefde te letten, kon ik nog meer dan anders naar boven kijken. Torentjes, uitbouwtjes, verborgen dakterrassen, alles registreerde ik, alsof mijn blik scherper was afgesteld.
De schemer viel in.
Bij de Alexanderpoort bedacht ik me opeens dat ik het gebied tussen de Linnaeusstraat en het spoor, bij Q-Factory wilde ontdekken. Dat ken ik nog niet goed. Ik reed onmiddellijk tegen de straat Eldorado aan.
Overal hebben bewoners potten met bloemen en geveltuintjes. Door naar Linnaeusparkweg, waar je alle auto's wilt bannen. Wat een straat. Hier en daar al verlichte ramen. De mensen hebben er boekenkasten van vloer tot plafond, ik trof drie mensen lezend aan op de bank. Een van mijn korte verhalen speelt zich in deze buurt af. Misschien woont mijn fictieve hoofdpersoon, een jonge minnares die bezocht wordt door de vrouw van, er intussen wel echt. Op het plein met de geelbruine steentjes ga ik op een bank zitten, bij de fontein. Ik dacht nogmaals: liever nooit meer gasten op mijn boot als we deze stilte kunnen behouden.