De zorgen begonnen zich te verder te ontwikkelen toen we compleet stilstonden. S had dit nog nooit eerder meegemaakt. Het was wel vreemd. Haar telefoon gaf aan dat ik een half uur te laat zou zijn. Ik berustte. Prentte het woord 'overmacht' in mijn hoofd.
Ik was veertig minuten te laat, maar de elektricien was nog niet te bekennen. Toen hij binnenkwam - een man van 2 meter - stampte hij door de boot en vroeg waar de pomp was. Ik maakte het luik open. Een luid gepiep kwam ons tegemoet, evenals een niet te harden stank. De oorzaak van de kortsluiting. Voor hem niets aan te doen. En weg was hij.
De pompman moest komen. Intussen haalde ik alle dozen en zakken en kisten onder de vloer vandaan die voor het grootste deel kleddernat waren en begon met grote tegenzin alles schoon te maken. Pompman kwam, maakte het - dachten we -maar toen hij weg was stopte alles er weer mee, hij kwam weer terug, en ik bleef maar Eucalyptus reiniger gebruiken. De afvalberg bij de voordeur werd steeds hoger. De huurder wist inmiddels dat hij de oorzaak was, hij had ondanks alle waarschuwingen in manuals en stickers op de wc blijkbaar iets anders dan wc-papier in de pot gegooid. De arme man voelde zich zo schuldig dat ik niet kwaad kon worden. Ik raadde hem een lange wandeling aan. Dat deed hij, maar de wandeling was toch niet lang genoeg, ik zwaaide nog steeds met mijn duizenddingeneucalyptusdoekje over de zeiknatte spullen toen hij weer binnenkwam. Toen ik eindelijk klaar was, borg ik alles weer op en deed net of ik de vloer vol vochtvlekken niet opmerkte. Aan mijn goedheid zit ook een einde. Ik was van 10 tot 5 bezig geweest. Het was genoeg.