Af en toe wordt hij wakker, vraagt of het wel goed gaat, geeft me een aai over mijn hoofd en snurkt verder. Je zou zeggen: tamelijk ideale man. Natuurlijk, is ook zo. Totdat hij om vijf uur weer wakker wordt en vraagt of ik al geslapen heb. Niet dus. 'Dan heb je nog precies een uur.'
Op zulke momenten is het heel goed dat er niet toevallig een bijl naast het bed ligt.