Er kwam geen telefoontje.
Vanochtend stond hetzelfde ritueel op het program. Maar in plaats van door de gracht te zwemmen, klapte ik elke keer de wekker uit om nog weer negen minuten te winnen. En toen om half acht nog niemand had gebeld, draaide ik me zonder zorgen nog een paar keer om.
Tot 08.00 uur.
Of ik in wilde vallen in Badhoevedorp.
Ik haat Badhoevedorp.
Al is het maar omdat je er zonder auto niet komt.
Om half negen zat ik (met koffie op) in de metro. Ik had er ook wel zin in. Dit werd mijn derde les.
Misschien iets te veel gezegd dat de kinderen bovenop de tafels aan het stampvoeten waren, maar het leek er verdacht veel op.
De directeur greep in.
Dat deed hij goed. Ik dacht: o, zó doe je dat.
Er waren drie dingen mooi.
Dat een leraar, die in het lokaal naast me aan de gang was, af en toe binnenliep om te vertellen dat de oorspronkelijke docent er net zo'n puinhoop van maakt als ik.
Dat de dag maar tot 12.00 duurde.
Maar dan het allermooiste: ik vind het nog steeds leuk.