De wekker ging om zeven uur, maar een hangende griep maakte dat ik er pas om acht uur uit kwam. Even inkomen, hield ik mijzelf voor. Dat is ook altijd het geval als ik ergens in het buitenland zit. Mijn Visby-residency kwam weer tot leven. Daar schreef ik na twee weken writersblock, in precies vijftien dagen een eerste versie van mijn kinderboek.
Nu zat ik om half negen bij het traditiegetrouwe kaarslicht te schrijven en het begon. Het wegebben van de omgeving, de concentratie op mijn verhaal, het langzaam in een cocon verdwijnen. En dan even, zoals altijd, slikken omdat er geen weekend bestaat, maar als die hobbel genomen is, ben ik binnen.