We liepen anderhalf uur door de sneeuw, en met de zon erbij leek het alsof we op wintersport waren. Twee minuten voor ons afscheid gleed ik uit over een stoepje, maar kon me nog net overeind houden. Zou toch lullig zijn geweest, niet in het buitenland, wel in het gips.
Ik ging een rondje lopen met S's nieuwe heup. Ik maakte me wat zorgen, maar de heup bleef gewoon op z'n plek en S overeind. Hij kon doen wat hij wilde, t/m schoenen strikken aan toe.
We liepen anderhalf uur door de sneeuw, en met de zon erbij leek het alsof we op wintersport waren. Twee minuten voor ons afscheid gleed ik uit over een stoepje, maar kon me nog net overeind houden. Zou toch lullig zijn geweest, niet in het buitenland, wel in het gips.
0 Comments
Vorige week hadden we maar twee keer gelopen en gezwommen, gisteren was ik gestrand in Hilversum, maar vandaag ging het weer gebeuren.
Op Een vandaag had ik nog een item gezien van een man die in Rusland geïnspireerd raakte, zijn volgers gingen zelfs zonder mutsen het water in, al hadden zij dan wel weer waterschoenen aan. Ook bekeek ik het filmpje van een Rus die in zwembroek met ijshockeystick vrolijk rondjes schaatste, met schaatsen en al in een wak sprong, daar wat ronddartelde en dan weer een rondje reed. Het leek allemaal heel gewoon, zelfs lekker. S laat mij altijd eerst gaan, iets wat ik heel fijn vind, ik moet er niet aan denken haar te zien lijden en er dan zelf ook nog in te moeten. Vandaag bleef ik aan het trapje hangen. 'Ik weet het niet... misschien wordt het alleen maar dippen.' Toch liet ik los, het was erg. S ging er in en vond het na de paar passen met blote voeten door de sneeuw, erg meevallen. Maar zij is Russisch. Zondagavond zou ik terug naar Amsterdam, maar de NS... Nog een nachtje in Hilversum vond ik niet erg. Vanmorgen bedachten we de strategie. Toch maar de eerst mogelijke trein proberen, want later ging het sneeuwen, dan zou de NS nog erger van slag raken, was ons idee. De app liet de eerste mogelijkheid uitvallen, dus namen we de tweede. Om 08.48 uur. Terwijl we onderweg waren veranderde de NS dit. De trein reed maar tot Naarden-Bussum. Ik stapte uit. Ook daar geen mogelijkheden. Dus ging ik weer terug. P kwam me halen. We dronken koffie en liepen snel weer terug. De trein die ik wilde hebben was tijdens onze wandeling weer gecanceld. Nu ging er een over twintig minuten. Die dan maar. Ook dat veranderde. Deze zou tot Weesp rijden. Daar moest ik dan drie kwartier wachten en dan zou ik verder kunnen. In Weesp bleek dat niet het geval. De conducteur zei dat de NS graag hoop gaf, vandaar dat die trein nog in de app stond.
Een vrouw vroeg of er iemand naar Amsterdam moest. Of we een Uber zouden delen, 8,85 pp, perfect. Er haakte nog een vrouw aan en tevreden liepen we naar buiten. Ik maakte me nog zorgen over de chauffeur en de gladheid, maar de rest van de dag op station Weesp rondhangen leek me ook niet geweldig. We juichten toen bleek dat onze chauffeur een vrouw was. Veel veiliger. Ik zat achterin met een Italiaanse architecte die in Nederland woont en eruit zag als Audrey Hepburn. Aan het einde van de rit had ik een uitnodiging binnen om het hofje waar ze woont te komen bekijken. En de andere vrouw, een kinderpsycholoog zou zich eens in Waantje gaan verdiepen... Met twee rollen noppenplastic ging ik de voorspellingen voorzijn. Ik heb nogal wat groen met een gevoelige inborst. De magnolia staat al weken in knop, mijn acer - met de allermooiste kleur rood - mag niet dood, de uit de klauwen gegroeide vijg behoort ook tot mijn lievelingen, en de oleander zou het ook wel op prijs stellen ingepakt te worden, dacht ik zo.
Het tape plakte overal aan vast, behalve aan het plastic, de keukentrap zakte langzaam de modder in, helde naar een kant en alleen doordat ik me kon vastgrijpen aan een tak van de vijg bleef mij een gebroken ledemaat gespaard. Na veel gevloek en gekreun had ik het voor elkaar. Een spooktuin met vogelverschrikkers die hopelijk alle sneeuwjachten en min acht zullen overleven. De vrouw stond zuchtend bij het afhaalloket van de Praxis. Ik stond niet 1,5 maar minstens 2,5 meter bij haar vandaan. Mijn intuïtie is nog adequaat.
Haar bestelling was niet doorgekomen. Terwijl de Praxis aan het zoeken was, draaide ze zich om. Dit was toch geen doen, ze kwam expres om half een, want ze hadden gezegd tussen twaalf en twee, dan moest het er toch wel zijn, zij had dit altijd, echt altijd, haar man had het nooit, maar die was allang boos weggelopen, ze had er voor betaald, dus ze ging niet weg, ze keken vast verkeerd, lag het er niet gewoon, wat een gedoe, zij ging dus ècht niet weg, want ze hád er tenslotte voor betaald, hier kijk maar, gewoon overgemaakt. Ik raadde haar aan even adem te halen. Toen plakte ze haar neus tegen de ruit en ging op haar tenen staan om te kijken of haar bestelling niet toch in een van die bakken lag. Daarna hield ze zich weer even bezig met de Praxis die nog steeds niets had gevonden en draaide zich weer om. Het was toch wat, zo werkte het niet, wat een tijd kostte dit, ze was speciaal op dit tijdstip gegaan, ze had... De praxis had niet goed gekeken. Het lag in de bakken. Met de bestelling onder haar arm: zie je wel, ik wist het wel, het was er gewoon, ik heb altijd dit soort dingen, het lukt mij nooit in een keer, mijn man heeft dit nooit, hij zal me wel weer uitlachen, nou prettige dag. In deze tijd help ik kinderen met hun schoolwerk. F van 11 ging op zich goed met school, alleen was door het gebrek aan lessen wel behoefte aan wat meer oefening op taalgebied. Perfect. Mevrouw Verhaal kwam graag langs.
Mijn claim tegen de ontlezing en de weerzin tegen begrijpend lezen is kinderen plezier in schrijven te laten ervaren. Dat is niet niks. Ik weet het. We kozen een oefening waarbij hij met één woord drie herinneringen moest opschrijven. Hij vond het helemaal niets. Ik probeerde het met zijn hobby's. Skaten? Saai. Gamen? Saai. De verhuizing? Saai! Wat dan? Weet ik niet. Je moet iets verzinnen. Ik vind het saai. Dan is het aan jou om het minder saai te maken. Hij was niet blij met me, maar wilde uiteindelijk dan wel over het park schrijven. Hij verzon, ik typte. En toen... en toen... en toen... en toen... Ik zei niks. Eerst de fantasie op stoom laten komen, de rest kwam later wel. Ik stelde alleen maar af en toe een vraag. De trigger om er fictie van te maken. Opeens was er de egel Dikke Henk, compleet met gele zwembroek en een eigen wil. Ik genoot. Het verhaal was af. Hij keek ernaar. 'Ja, maar dat slaat nergens op. De hele tijd "en toen" dat is saai.' Hij veranderde de tekst. Ik hoefde nauwelijks bij te sturen. Fluitend verzon hij nog twee andere verhalen. Aan het einde van de ochtend wist hij het zeker. Hij ging een boek schrijven. En ik maar denken dat wij heldinnen waren. Iedere doordeweekse dag maar liefst 60 volle seconden in water van 0,5 graden. En dat om 07.30 in de ochtend.
Op de steiger bij het Scheepvaartmuseum trof ik twee vrouwen die net uit het water kwamen. Zij zwommen zo'n drie minuten. Indrukwekkend, maar niet maatgevend, dacht ik. Tot ik vanochtend bij Sporenburg twee vrouwen in badjas tegenkwam. Zij zwommen vanaf de steiger naar de dukdalf, ja die daar in de verte... Ach, een kwestie van opbouwen. |
Blog t/m sept 2016 |